De beroepsvereniging versterkt positie van docenten en stimuleert professionele groei
Interview met Andries Knol en Petra Buist over het belang van de BVMBO
Door: Steffie van der Weijden
Waarom is een beroepsvereniging belangrijk?
Volgens Andries Knol, voorzitter van de BVMBO (Beroepsvereniging voor onderwijsgevenden in het mbo), is het simpel: “Je wilt als docent impact maken en regie hebben over je eigen werk. Maar als regels of gebrek aan inspraak je daarin belemmeren, haken mensen af. Wij zorgen ervoor dat docenten niet alleen gehoord worden, maar ook echt invloed hebben op beleid én praktijk.” Dat is hard nodig. De uitdagingen in iedere onderwijssector zijn groot: werkdruk, lerarentekort, veranderende wetgeving, nieuwe technologieën. Knol: “Juist dan is het belangrijk dat onderwijsprofessionals zich verenigen. Dat ze een stem hebben bij de vormgeving van hun vak.”
Van ergernis naar invloed
De kiem voor Andries’ betrokkenheid lag bij frustratie. "Ik stoorde me eraan dat beleid vaak werd gemaakt zonder dat er docenten bij betrokken waren," vertelt hij. Inmiddels is dat beeld flink veranderd. "We zitten nu bij vrijwel elk overleg aan tafel. Alleen meebeslissen lukt nog niet altijd, maar onze invloed is wel enorm gegroeid." Dat is niet alleen te danken aan een sterke profilering – "soms moet je gewoon bellen en vragen: waarom zijn wij hier niet bij?" – maar ook aan het groeiende besef bij het ministerie van OCW en andere partijen dat je docenten móet betrekken.
Wat biedt de BVMBO?
De BVMBO richt zich op alles wat raakt aan onderwijskwaliteit. Het is een beroepsvereniging, geen vakbond. En dus ligt de focus niet op arbeidsvoorwaarden, maar op vakinhoud en professionele ontwikkeling. “Via ons platform MBO Connect brengen we docenten met elkaar in contact, schooloverstijgend,” zegt Andries. “Docenten kunnen er vragen stellen, ervaringen delen of meedenken over thema’s die in het hele mbo spelen.”
Voor Petra Buist, docent en coördinator in het mbo, is dat netwerk van onschatbare waarde: “Ik heb door de BVMBO collega's uit het hele land leren kennen. En als ik materiaal ontwikkel, zoals voor het keuzedeel verdieping in de kraamzorg, deel ik dat graag met anderen. Zo vaak zie ik dat docenten het wiel opnieuw uit proberen te vinden, terwijl een ander de perfecte lesvoorbereiding misschien al op de plank heeft liggen. Door de beroepsvereniging weten we elkaar makkelijker te vinden.”
Professionaliseren begint bij bewustwording
“Veel docenten weten helemaal niet hoeveel ruimte ze eigenlijk hebben om hun vak zelf vorm te geven,” zegt Andries. Hij ziet het als een kernopgave van de beroepsvereniging om die bewustwording te versterken – niet alleen over wat er in de klas gebeurt, maar ook over hoe beleid tot stand komt. Daarom ontwikkelde de vereniging de leergang Teacher in the lead, voor mbo-docenten die binnen hun team of opleiding meer verantwoordelijkheid willen nemen op het gebied van onderwijskwaliteit en -ontwikkeling. Het programma helpt hen om hun leiderschap te versterken en te ontdekken hoe ze binnen de bestuurlijke lagen van hun organisatie invloed kunnen uitoefenen. “Deze leergang laat zien welke gereedschappen je hebt om je stem te laten horen,” vertelt Andries.
Petra volgde de leergang. “Ik heb geleerd hoe je veranderprocessen in gang zet, hoe je je team daarin meeneemt en hoe je je visie verbindt aan concrete onderwijsverbetering.” Deelnemers krijgen inzicht in wet- en regelgeving, verkennen hun zone van invloed en leren hoe ze effectief kunnen schakelen tussen praktijk en beleid. Volgens Petra was het een kantelpunt in haar eigen professionele ontwikkeling.
Een antwoord op het lerarentekort
De BVMBO betrekt haar leden actief bij de ontwikkeling in het onderwijsveld. Zoals bij het opstellen van beroepsstandaarden, bekwaamheidseisen en andere beleidsvraagstukken. Via oproepen op MBO Connect nodigt de vereniging docenten uit om mee te denken in denktanks en projectgroepen. De animo blijkt groot: “We hebben vaak meer geïnteresseerden dan plekken,” aldus Andries. Zo helpt de BVMBO docenten niet alleen om beter onderwijs te geven, maar ook om hun rol als beleidsmatige professional serieus te nemen.”
Hoewel het niet de primaire taak is van een beroepsvereniging, ziet de BVMBO wel degelijk een rol in het behoud van docenten. “Als je het gevoel hebt dat je werk ertoe doet, dat je gehoord wordt en kunt bijdragen aan de ontwikkeling van je vak, dan blijf je langer gemotiveerd,” zegt Andries. Petra merkt hetzelfde: “Vooral beginnende docenten kunnen veel hebben aan een netwerk waarin ze hun zorgen kunnen delen en ondersteuning vinden. Dat voorkomt uitval.” Door docenten invloed te geven en te ondersteunen in hun professionele ontwikkeling, draagt de vereniging bij aan duurzame loopbanen in het onderwijs.