Nieuwsbericht

Ruime meerderheid middelbare scholieren en mbo’ers behaalt vereiste referentieniveau lezen

Profielfoto van MBO Connect Redactie
21 november 2024 | 1 minuut lezen

Een ruime meerderheid van de middelbare scholieren en mbo-studenten leert, op basis van de referentieniveaus, redelijk tot goed lezen.

Wat wil de samenleving dat kinderen kennen en kunnen in bepaalde fases van hun schoolloopbaan? Dit is vastgelegd in de referentieniveaus taal en rekenen. Het gaat om basale kennis en vaardigheden, die nodig zijn om te kunnen functioneren in de maatschappij. Een meerderheid van de middelbare scholieren en studenten op het mbo slaagt erin om voor lezen het vereiste referentieniveau te behalen.

Middelbare scholieren onderbouw

Een op de drie leerlingen in het vmbo basis- en kaderberoeps (36%) behaalt in leerjaar 2 referentieniveau 1F. Het aantal leerlingen dat 1F haalt ligt ver onder het ambitieniveau van 85% voor het einde van het basisonderwijs. Leerlingen in de gemengde en theoretische leerweg halen dit ambitieniveau wel: 87% presteert in leerjaar 2 op referentieniveau 1F of hoger. Hetzelfde gaat op voor havo- en vwo-leerlingen, met 99% (Inspectie van het Onderwijs, 2024). Er zijn, met 97,5%, aan het eind van het basisonderwijs meer leerlingen die 1F halen dan in de verschillende opleidingstypen in leerjaar 2 van het voortgezet onderwijs (Inspectie van het Onderwijs, 2024). 2% van de leerlingen in basis- en kaderberoeps en een derde in de gemengde en theoretische leerweg behaalt in leerjaar 2 reeds het ambitieniveau 2F voor het eindexamen. Dit geldt voor 13% van de havo- en vwo-leerlingen: zij halen in leerjaar 2 reeds het ambitieniveau 3F.

Middelbare scholieren bovenbouw

Vmbo-leerlingen dienen op het eindexamen Nederlandse taal ten minste het niveau 2F te beheersen. In basisberoeps slaagt de grootste groep hierin: 91%. In kaderberoeps gaat het om 87%, in de gemengde en theoretische leerweg om 83%.

Dit betekent dat op het vmbo-niveau dat algemeen als het basisniveau wordt beschouwd, de meeste leerlingen het vereiste niveau behalen.

Aan het eind van de havo geldt het referentieniveau 3F als minimale eis. 82% van de leerlingen behaalt dit niveau op basis van het eindexamen Nederlands. Vwo-leerlingen dienen op het eindexamen Nederlandse taal ten minste niveau 4F te beheersen. 87% slaagt hierin.

Mbo-studenten

Mbo 2- en 3-studenten dienen aan het eind van hun opleiding ten minste niveau 2F te beheersen. 85% van de mbo 2-studenten en 92,7% van de mbo 3-studenten slaagt hierin. Aan het eind van het mbo 4 geldt het referentieniveau 3F als minimale eis. 65,9% van de leerlingen behaalt dit niveau.

De leesvaardigheid in het mbo loopt terug. Het aantal mbo-studenten dat het referentieniveau haalt ligt lager dan in voorgaande jaren: in 2019 behaalde 91,3% van de mbo 2-studenten en 95,4% van de mbo 3-studenten referentieniveau 2F, terwijl 76,4% van de mbo 4-studenten 3F haalde.

Profielfoto van Stef Severt
2 weken geleden
Profielfoto van Stef Severt
2 weken geleden

Klopt dit bericht wel?

"Vmbo-leerlingen dienen op het eindexamen Nederlandse taal ten minste het niveau 2F te beheersen. In basisberoeps slaagt de grootste groep hierin: 91%. In kaderberoeps gaat het om 87%, in de gemengde en theoretische leerweg om 83%."

Dus basis is beter in NL dan kader. En die zijn weer beter dan tl. Dat lijkt me onwaarschijnlijk.

En " Een op de drie leerlingen in het vmbo basis- en kaderberoeps (36%) behaalt in leerjaar 2 referentieniveau 1F." Aan het eind van de opleiding zou ca 90% ten minste 2F beheersen. Dat zou een prestatie van formaat zijn, allereerst van de leerlingen zelf natuurlijk, maar ook van het vmbo.

De kop van het bericht lijkt voor een aanzienlijk deel gebaseerd op de hier geciteerde passages ....  Dus wat blijft ervan over? De resultaten zijn toch iets minder rooskleurig. Helaas.